De Anti Atlas is het land van de Agadirs. Het zijn versterkte collectieve graanopslagplaatsen hoog tegen de berghellingen of op de toppen gebouwd. Agadir is een havenstad en populair badplaats in het zuiden van het land wier naam ontleend is aan het feit dat er een Agadir staat. Agadirs werden op verschillende manieren van verschillende bouwstenen gebouwd. Iedere familie uit de buurt had er een eigen opslagkamer. Als de Agadir op een vlak stuk land stond, stonden de opslagruimten naast elkaar als loodsen. Zij hadden meestal gebogen daken over tongewelven. Maar als de Agadir op of tegen een steile helling was gebouwd, stonden de ruimten boven elkaar gestapeld soms tot wel 5 verdiepingen hoog. Altijd openden de deuren op een centraal gelegen pad of trap zodat de achterkanten een gesloten geheel vormden. Ze waren niet alleen bedoeld als opslag van de oogst van o.a. graan en peulen. Ze dienden bovendien als reserve opslag voor tijden van oorlog en droogte als bendes en plunderaars door de berg valleien trokken. Daardoor werden de Agadirs ook veilige heenkomens voor mensen. Veel Agadirs waren voorzien van cisternen, leef- en werkruimten, gebedsruimten en soms zelfs hammams. Het verschil met een Kasr of Kasba is dat Agadirs van het collectief zijn en niet van een hoofdman. Als je door de Anti Atlas rijdt zijn de meeste opvallende Agadirs, die die bovenop een piek een vallei beheersen. De horizontaal gelegen Agadirs zijn veel moeilijker te vinden en daardoor misschien wel zo veilig. Onderschrift: de weg van Ait Baha naar Trafroute die door de Fransen is aangelegd om de onafhankelijke plaatselijke families te onderwerpen. (31 Marokko ZW)