De Draa is een van de meeste fascinerende rivieren die ik ken. De rivier vindt z’n oorsprong door een samenloop van meerdere rivieren waaronder de Dades die vanaf de Hoge Atlas naar het oosten stromen. De bovenloop van de Draa is vanaf het stuwmeer bij Ouarzazate moeilijk te volgen door een woest en droog terrein. Maar bij Agdz wordt de loop duidelijk zichtbaar vanaf de weg en kronkelt het door de vruchtbare Draavallei. Over een afstand van ongeveer 200 km bevloeid het zes oasen. De grote weg volgt de rivier langs Zagora en Tamegroute steeds dieper de Sahara in. Vanaf Tagounite lijkt de rivier te verdwijnen in het zand. Maar in werkelijkheid buigt de Draa zich ineens in westelijke richting en zet zich zuidelijk van de Anti Atlas tot aan de Atlantische Oceaan voort. De rivierbedding staat van daar af nagenoeg altijd droog tot vlak bij de oceaan. Langs de Draa rivier zijn duizenden jaren oude rotstekeningen en schilderingen gevonden zoals bij Zagora. De z.g. Venus van Tan Tan komt bij de bovenloop vandaan. Het is mogelijk het oudste beeldje ooit gevonden. De Cartagensen noemen de Draa rivier in een Periplus die geschreven werd naar aanleiding van een tocht langs de westkust van Afrika. Waardoor ze omstreeks 550BC aan de monding van de Draa een kolonie probeerden te stichten. Op de tekening is een zanderige stroom te zien op weg naar de Draabedding. Er is water ondergronds want er staan acacia’s verspreid door het kale landschap. (32)