De Draavallei ligt aan de bovenloop van de Draa en kenmerkt zich door een ketting van oases met woestijn ertussen. De groene band die de oases om de Draa vormen is soms tot 10 km breed. Maar het komt ook voor dat er alleen een droge zanderige bedding is met hier en daar acacia’s en bosjes tamarisken. Het is een wonderschoon gebied dat landschappelijk verrassend afwisselend is. Agdz, Zagora, Tamegroute en Tagounit zijn de belangrijkste plaatsen. In hun lange geschiedenis vielen de oases soms onder één gezag, maar meestal bestreden ze elkaar. Altijd waren ze echter belangrijke schakels in de Trans Sahara handelsroute. Bij M’Hamid was bijvoorbeeld het ‘douane kantoor’ waar het goudpoeder aankwam en munten werden geslagen. De vele Ksars die in de loop van de eeuwen gebouwd waren, werden focuspunten waar de boeren bescherming zochten tegen aanvallen van de nomadenstammen. Ze betaalden er duur voor met land. Zo verviel veel vruchtbaar land van de families die het bewerkten in handen van heersers die zich er hadden gevestigd. Daar is pas in de 20ste eeuw een einde aan gekomen. Het belangrijkste voedsel en de meest complete voedingsbron voor onderweg in de woestijn zijn dadels. De Draavallei wordt daarom ook wel de dadelmand van Marokko genoemd. Er groeien meer dan 18 soorten. Verder wordt er in de oases veel groenten en fruit geproduceerd en henna. Op de tekening is het uitzicht te zien over de oase bij Agdz vanuit de Kasba Des Arts(19)